BEKNOPTE GESCHIEDENIS VAN HET ONDERZOEK NAAR DE Feniciërs
De
eerste, waarvan bekend is, dat hij een alles omvattend boek over een
tak
van Feniciërs schreef, is nota bene een Romeins keizer Claudius,
die
over de Carthagers het boek maakte:"Karchedonakia". Helaas is dit
verloren gegaan.
Pas
vele eeuwen later in de 18e eeuw na Chr schrijft W Bötticher (1798‑
1850
n.C) als eerste een allesomvattende geschiedenis der Carthagers.
O.Meltzer(1846‑1909 n.C) en U.Kahrstedt(1888‑1962 n.C) volgen. Meltzer
schrijft de eerste twee delen en Kahrstedt het derde deel.
Het
voorwerk hiervoor werd door een reeks anderen opgeleverd:
‑S.Bochart
(1599‑1667 n.C) met een studie over Semietische philologie
[Geographiae sacrae pars prior. Phaleq seu de dispersione gentium et
terrarum divisione factor in
credificatione turris Babel ;
Geographiae
sacrae pars altera. Chanaan seu de
coloniis et sermone Phoenicium."
‑F C Movers (1806‑1856 n.C) "Die
Phönizer." Een
studie, die wel erg pro‑
Phoenicisch uitvalt (Panphoinikismos).
‑J.J.Barthélemy
(1716‑1795 n.C) met epigrafische studie.
‑W
Gesenius (1786‑1842 n.C) met epigrafische studie.
[Scripturae linguaeque Phoeniciae monumenta quotquot supersunt].
‑E.Renan (1823‑1892 n.C) met epigrafische studie en
reisverslagen uit de
Libanon.
De
eerste opgravingen te Carthago vonden plaats door Ch.E.Beulé
(1826‑1874 n.C), C.T.Falbe (1791‑1849 n.C)
en A.L.Delattre (1850‑1932 n.C).
In
het begin van de 20e eeuw verricht S.Gsell veel onderzoek op velerlei
gebied (1864‑1932 n.C). Op de vele onderzoeken en onderzoekers in
20e
eeuw na Chr. wordt later veelvuldig ingegaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten