1.5. Het tijdperk van 3000 tot 2000.
Deze tijd
werd in het begin gekenmerkt door een tamelijk grote mate van rust en constant
blijvende verhoudingen. Lange tijd waagden de Kanaänieten en/of proto‑Feniciërs
zich namelijk niet verder dan de direct nabijgelegen kusten. Zij werden
enerzijds geblokkeerd door de Kretenzers, die de hegemonie hadden in het
oostelijk deel van de Middellandse zee. Anderzijds bestond er ook geen
bijzonder grote
noodzaak om grotere tochten te gaan ondernemen. Naast de
grote bloei van Byblos en Oegarit ontwikkelden zich langzaam ook andere
kleinere havenplaatsen. Bekende handelswaren zijn in die tijd purpur, glas en
vooral het cederhout. Zo liet reeds farao Snefroe tussen 2650 en 2600 veertig
scheepslasten cederhout overkomen uit het plateau van de ceders, zoals Libanon
toen genoemd werd. Pepi I (2289-2255 v.C) legt opnieuw contact. Hij laat Ouni
een expeditie uitrusten naar Byblos. De bevolking van de Levantkust wordt door
de Egyptenaren 'Fenkhu' genoemd.
KBNT: Hiermee geven
de Egyptenaren de schepen van de bovenzee aan, die waarschijnlijk hoofdzakelijk
de schepen van Byblos waren.
2 5 0 0
1.5.1. Ebla en de Eblieten.
Omstreeks
2500 moet er ook een groot Syrisch rijk geweest zijn, waarmee
Oegarit en
Byblos onvermijdelijk te maken hebben gehad. Het rijk had als
hoofdstad
Ebla en bezat ook een eigen taal. Uit opgravingen uit de 1)
zeventiger
jaren van deze eeuw is gebleken, dat Ebla (Tell Mardich) zeer
omvangrijk
moet zijn geweest. Volgens schattingen van Chaïm Bermant en
Michaël
Weitzman zouden er in de stad en directe omgeving zo'n 260.000
mensen
gewoond moeten hebben. Ebla moet zeer machtig geweest zijn, zeker
na de
overwinning op Iblul‑Il, de koning van Mari. Ook de noordelijke
Levantkust
moet de invloed van Ebla gevoeld hebben.
De macht van
Ebla is illustrerend voor de betekenis, die de Syrische
staten
(zoals ook Yamchad, Haran,Qatna en Alalakh 2)) in deze tijd gehad hebben.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
1).Zie:"Ebla, Syria - Bakermat van de
Aartsvaders", C.Bermant/M.Weitzman, waarin overigens te lichtvaardig
t.a.v. de 'Aartsvaders' conclusies worden getrokken dan wel gesuggereerd (Map12.2).
2)Zie Boek 161.A FORGOTTEN KINGDOM.
Sir Leonard Woolley. Being a record of the results obtained from the
excavations of two mounds Atchana and Al Mina in the Turkish Hatay. Van belang door de ligging aan de
noordoost flank van Fenicië. Max
Parrish, London ,
1959. 2e editie.
Z.g.?Fenicisch glas al in niveau VI van Atchana (1750-1595) en nog wel een van
de mooiste exemplaren. Paleis Yarim-Lim in Kretenzische stijl is ouder dan die
paleizen op Kreta zelf. Idri-mi vindt onderdak in een Hebreeuwse stad in
Noord-Kanaan bij Apiru krijgers. Al-Mina is de haven: Aradus daar genoemd.
Connecties tot aan Delos toe. Fenicisch glas.
3.Zie Boek 285.NATIONAL
GEOGRAPHIC febr.2005. Geheimen uit een Syrisch koningsgraf. Eer aan de
doden. Oude Syrische dodencultus. Karen E.Lange. National Geographic. Het gaat
over de laatste dagen van Idanda van Qatna c.1340 v.C. Graftombe is vrijwel
intact teruggevonden. Te Tell Mishrife hebben Peter Pfälzner en Mirko Novak
sind 1999 opgravingen verricht, alsmede Anne Porter (Univ.of Southern
California). Na het puinruimen van Graaf Du Mesnil du Buisson uit de jaren ’20
kwam men tenslotte bij het herdenkingsfeest van de voorouders.
De Eblieten lijken verdraagzaam te zijn in
godsdienstzaken. In de stad
zijn tempels
aangetroffen van goden en godinnen van verschillende
godsdiensten. We vinden er tempels van Dagan, Eshtar, Karmisch en Rasap.
Ebla
functioneerde als intermediair tussen met name Oegarit aan de
Middellandse
zeekust en aan de andere kant Mesopotamië. In feite is het
een
voorloper van Palmyra.
Handel was
een belangrijke bestaansbron voor de stad. Er zijn
Soemerisch/Eblitische woordenboeken
gevonden, waardoor mede de taal van
Ebla
ontcijferd kon worden.door Prof.Giovanni Pettinato. Bermant en
Weitzman
poneren de mogelijkheid, dat (Ebla in) Syrië de bakermat van de
aartsvaders
zou kunnen zijn. Het is niet onmogelijk, dat Abraham vanuit
deze stad
zijn tocht naar Kanaän is begonnen of tenminste er langs
getrokken
is.
Omstreeks
2350 heeft Ebla al een grote verwoesting moeten doorstaan. Het
is waarschijnlijk Sargon van Akkad
geweest, die zijn rijk tot en met
Ebla heeft
uitgebreid. Drie eeuwen later zijn het de Amorieten, die
bezit nemen
van de stad. 1)
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
1)
Zie:WHO WERE THE AMORITES? van A Haldar, Leiden 1971.
ncfps
Geen opmerkingen:
Een reactie posten