2.11.2. Weggaan of blijven?
In deze eeuw moeten althans de
leiders van de Feniciërs en Carthagers
met deze moeilijke vraag geworsteld
hebben. In het verleden was het de
politiek van de Fenicische steden om
ver van de vijand verwijderd in
onderontwikkelde gebieden nieuwe
kolonies te stichten, waar
men een
stuk veiliger kon leven en waar het
lucratief handel drijven
was. Nu
worden de nieuwe kolonies op hun
beurt bedreigd. Deze keer niet door de
Assyriërs of Nieuw‑Babyloniërs, maar
door de Grieken. En wat zou er na
de Grieken kunnen komen?
Diverse kusten langs de Atlantische
oceaan waren ontdekt en er waren
ook
eilanden verkend. Het zou vrij
gemakkelijk zijn nieuwe veiliger oorden
te vinden in de Atlantische wereld.
Over een nieuw Qart‑Hadasjt in de
Atlantische wereld moet men gedacht
hebben, zeker, nadat de oostelijke
landgenoten in opdracht van farao
Necho Afrika omzeild hadden. De nieuwe
landen en mogelijkheden waren aan
de oligarchische top
van Carthago,
Utica of Gadir bekend
en toch heeft
men pas een
eeuw later een
halfslachtige poging
gedaan om de
westkust van Afrika
te gaan koloniseren.
In deze zesde eeuw blijft men echter
met de voornaamste steunpunten in
de Middellandse zee. Zelfs kolonisten
op Madeira worden teruggeroepen.
Het zal vooral de leiding van
Carthago geweest zijn, die (al zozeer
met
het Lybische achterland verankerd)
niet meer wilde
gaan "verkassen".
Wellicht is de beslissing niet
bewust genomen, maar
het is wel
een
dramatische wending in
de geschiedenis van
de Fenicische steden
geweest.
Men blijft en gaat het uitvechten.
Vandaar nu ook
de vele militaire
versterkingen, reorganisaties en
acties.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten