4.2.3. Het begin van de zeeoorlog.
Gedurende
de 24 jaren lange oorlog wisselen de kansen erg. Nu eens wonnen de Romeinen een
beslissend lijkende zeeslag, dan weer vernietigden de Carthagers of stormen
hele Romeinse vloten. Wat dominerend in deze zeeoorlog was, was niet zozeer de
strijd in de zeeslagen, maar wel de voldoende aanvoer van expeditietroepen en
voldoende bevoorrading naar de bedreigde zeevestingen op Sicilië. Ook blokkades
van vijandelijke havens komen vrij vaak voor, terwijl de Carthagers vooral grepen
naar het wapen van plundering der vijandelijke kusten. Vooral daar waren zij
succesvol in. Lange tijd lagen de handel en de scheepvaart stil langs de
Italische kusten. Anderzijds moesten de Carthagers voortdurend in de weer zijn
om door blokkades van Romeinse schepen heen te glippen, teneinde de
overgebleven steunpunten op Sicilië nog te kunnen bereiken. Niettemin is het
toch uiteindelijk een zeeslag geweest tussen een transportvloot en een
blokkadevloot, die het einde van de oorlog inluidde. Door de vele en kleinere
gevechten zouden de Carthagers bijna geen schepen meer over houden.
Toch
zijn de Carthagers lange tijd in de zeeoorlog succesvol geweest en zeker in het
begin. In de eerste jaren is er ook nog nauwelijks een Romeinse vloot, die
weerstand kan bieden aan de Carthaagse eskaders. Van 264 tot 261 beheersen de
Carthagers zelfs de Italische kusten en ontregelen een goed deel van de
Romeinse economie.
Uiteindelijk
zien de Romeinen in, dat ze deze oorlog alleen kunnen winnen, als ze zelf een
vloot hebben. Geholpen door de stranding van een groot Carthaags schip op de
Italische kust (fabeltje?), begon men op grond van dat model aan de opbouw van
een vloot, die in eerste instantie 200 schepen zou gaan tellen. De Carthagers
zouden echter de betere zeevaarders blijven en zouden ook veel beter kunnen
blijven manoevreren. Om dat zeer waarschijnlijke voordeel teniet te doen,
installeerden de Romeinen de "Corvus" op hun schepen. Dat was een
soort loopplank met een zware ijzeren pin eronder, die, wanneer de loopbrug
werd neergelaten, in het vijandelijke schip bleef steken. Met het construeren
van de enterbruggen verwordt het zeegevecht met schepen een landgevecht op
schepen. De Romeinen met hun legioenervaring zijn in het landgevecht de beste
en zullen ook een aantal zeeslagen op de "Corvus" manier gaan winnen.
In
de eerste jaren van de zeeoorlog komt het nauwelijks tot wat grotere gevechten.
Pas in 261 komt er actie op grotere schaal. De Carthagers maken met 20 schepen
een Romeins eskader van 17 oorlogsschepen buit te Lipara. Het succes van Lipara
moet op naam van de Gerusiast Boodes geschreven worden. Even later ontmoet de
Carthaagse admiraal Hannibal een veel grotere Romeinse vloot, voert een
onbezonnen aanvalsmanoevre uit, verliest veel schepen, maar weet toch aan de
vijand te ontkomen door puur alleen de snelheid van zijn schepen.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
Zie ook: boek 56 'Oorlogvoering in de klassieke wereld' van
John Warry, Helmond 1981
Map
53.7 The Punic Wars Nigel
Bagnall Hutchinson, import: Nilson
ISBN 0 09 174421 0
PUNIC WARS Proceedings
of the Conference held in Antwerp from the 23th to the 26th of November 1988 in
cooperation with the Department of History of the 'Universiteit Antwerpen'
(U.F.S.I.A.) Edited by H Devijver and E Lipinski Uitgeverij Peeters Leuven 1989
ORIENTALIA LOVANIENSIA ANALECTA 33
GEGEVENS MYLAE
Carthagers Romeinen
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
sterkte begin 130 145 w.v.100 penteren
verliezen ‑50 ‑?
buit gemaakt +? +31
sterkte eind 80
176 (maximaal)
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
De Carthagers verliezen in de
eerste aanval 30 schepen
en in een tweede aanval nog eens
20 schepen. Van deze
50 schepen worden en 13 à 14 tot
zinken gebracht en
maken er 31 buit. Waar die
andere 5 à 6 schepen dan ge‑
bleven zijn, is onduidelijk..
Des te opmerkelijker is het, dat
de Romeinse admiraal
Duilius zijn opmars over het
land voortzet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten